Ik ben 43 jaar en heb sinds mijn elfde diabetes type 1. Mijn diabetes is al die tijd al slecht ingesteld: ik krijg mijn bloedsuikers niet op orde, ondanks dat ik daar veel moeite voor doe. Ik gebruik een insulinepen en spuit vier keer per dag. Via het UMCG heb ik nu een sensor om te voorkomen dat ik in coma raak vanwege een hypo. Dat is niet alleen voor mezelf heel prettig, maar ook voor mijn gezin: mijn vriend Pepijn, mijn zoon van veertien en dochter van acht jaar. Vanwege mijn diabetes ben ik niet in staat om te werken. Ik ben dus altijd thuis voor de kinderen. Ik werk graag in de tuin en houd van computeren en lezen. Ook mag ik ’s avonds graag in een heerlijk warm bad liggen, dat geeft me weer energie.
Ik voel me vaak niet goed en ben vaak ontzettend moe. Ook heb ik meerdere keren per dag een hypo. Dan gaat het alarm van mijn sensor af. Soms ben ik tijdens een hypo verward en duizelig en soms merk je niks aan mij. Het allerergst was dat mijn zoon mij een keer in coma vond op de bank, terwijl zijn kleine zusje in een wipstoeltje voor de tv zat. Hij heeft toen de buurvrouw gehaald en die heeft hulp ingeschakeld. Ik voelde me erg schuldig en voelde me een slechte moeder. Mijn internist zei toen relativerend: “Iedereen kan iets overkomen en wees blij dat je kinderen weten wat ze moeten doen.” Toch vind ik dat het niet niks is voor kinderen om een ouder met diabetes te hebben. Ik ben dan ook ontzettend trots op de manier waarop mijn kinderen ermee omgaan.
Ik ben 58 jaar en heb sinds mijn achtste diabetes type 1. Ik kan een redelijk normaal leven leiden dankzij een goede instelling en regelmatig sporten. Mijn insulinepomp en sensor helpen daar geweldig bij. Ik ben zelfstandig tekstschrijver. Daarnaast hou ik van hardlopen en zingen. Ik ben getrouwd met Arthur en we hebben vier dochters.
Mijn kinderen wonen niet meer thuis, maar toen ze klein waren en ik nog geen sensor bezat, hebben ze me menig keer geholpen als ik een hypo had. Ze zagen vaak eerder dan ik het zelf doorhad, dat ik te laag zat. Mijn oudste dochter hoefde me maar aan te kijken of zelfs aan de telefoon te hebben en ze wist het als ik een hypo had. Ze hebben een aantal keren meegemaakt dat ik (bijna) in coma raakte. Zo waren we eens op vakantie en ik was in het zwembad van de camping met mijn dochter van drie op de arm, toen ik langzaam in coma raakte. Mijn oudste dochter (toen 9) heeft alarm geslagen en enkele campinggasten hebben mij en mijn dochtertje het water uit weten te krijgen. Ik heb me daar erg naar en schuldig over gevoeld, maar realiseerde me ook dat het bij ons leven hoort. Dat ze er ook iets van hebben geleerd en dat ze zelf sterker in hun schoenen staan.